Bad Tölz - Intermot - Bad Tölz
De Intermot is een grote motorbeurs, die elke twee jaar wordt gehouden in Duitsland. In München, in het jaar dat wij er waren.
Alles wat maar met motoren te maken heeft vind je op die beurs. We hebben er een hele dag doorgebracht.
Dit reisverhaal begint met dag 1.
Zondag 19-9-2004
Als de telefoon gaat neemt Ernst hem op (daarvoor moet je je bed uit)! De wekdienst. Ik vind dat ik in ieder geval mee moet gaan ontbijten: niet meegaan naar de Intermot is toch al zo'n afgang.
Even later zitten we aan het raam, met uitzicht op de tuin, verse Kaiserbrötchen en Duitse croissantjes te eten, met een eitje, en kaas en
vleeswaren, en jus d'orange en goeie koffie.
Alles wat je maar kunt wensen is te vinden op de ontbijtcounter.
De koffie wordt gebracht door een meisje in klederdracht, en de vriendelijkheid voelt echt aan. Ik kan vandaag alles aan!
Zelfs de Intermot, besluit ik ter plekke, en zo rijden we even later Bad Tölz uit, en volgen we, na getankt te hebben, de borden met
München.
Heel vreemd, die volgende dag als je uren in het donker hebt gereden: je bent als het ware gekatapulteerd naar een plek, met je ogen dicht, en hebt
geen idee wat je te wachten staat als je ze open doet.
Het is hier wijds: grote stukken heuvelig knalgroen grasland met koeien, grote stukken heuvelig bos met enorme dennenbomen, en achter ons de Duitse
Alpen.
De weg slingert zich daar op even wijdse wijze doorheen, en in een land waar 120 op de BMW-teller op een provinciale weg een minimale overtreding
betekent, vol automobilisten die zich dat al net zo bewust zijn, is het heerlijk rijden op zo'n weg.
Af en toe een dorpje, vakwerkhuizen of gestucte huizen met schilderingen (boerenkarren, of juist engeltjes uit de Mozart-tijd), en overal geraniums.
Overal ook brandhout voor de winter tegen het huis aan opgestapeld.
Onderweg vaak grote hoeveelheden grote oranje pompoenen uitgestald, met een blikje erbij om het geld in te doen als je er eentje meeneemt. Tot vlak voor
München zien we dat, en wat is dat toch een lekker gevoel, dat dat werkt, en dat er blijkbaar maar weinig of geen mensen misbruik van maken.
Meteen als we München binnenrijden zijn er bordjes naar de Messe , en zelfs speciale, extra grote, voor de Intermot.
We worden door München geleid, een heel stuk verder een stukje de snelweg naar buiten op gebonjourd, en dan bij de derde afslag of zo moeten we
er weer af.
Bij die afslag een politieauto, met een agent die door een megafoon roept hoe we verder moeten. Dat herhaalt zich een paar keer, en zo worden we via
megafoons naar de speciale motorparkeerplaats geleid.
Zeg maar de motorweilanden eigenlijk: een onafzienbare hoeveelheid motoren staat daar.
Je krijgt een sticker en een kaartje dat bij die sticker hoort, en wat weiland leek blijkt een stenige ondergrond te zijn waar gras tussen groeit.
Helemaal perfect georganiseerd.
Dat blijkt ook bij de ingang: nergens lange rijen, ruim genoeg kassa's, en ook je jas en helm kun je zonder te wachten kwijt bij de garderobe beneden.
We vragen nog even waar BMW staat (hal B3) en Yamaha (hal B6) (van de A-hallen zijn er 5 in gebruik: 11 hallen, en de hallen zijn enorm), en dan lopen
we via het binnenterrein in de openlucht, met fonteintjes en zitjes, langs de hallen waarvan je de breedte kruist op deze manier, en die van elkaar ook
weer door een stuk openlucht worden gescheiden.
Door deze enorme afmetingen is het nergens dringen in de massa's: een beurs voor mij!
In hal B3 lopen we naar achteren: aan het geluid kun je al horen dat BMW daar zit.
Onderweg nog allerlei standjes waar Ernst foto's wil maken: Morini
, dat nog steeds bestaat (maakt wel motoren maar dan voor brommertjes)
(hoewel er na Intermot een start gemaakt is met motoren), Brembo
, Italiaanse onderdelen-makers, van alles.
Bij BMW een soort theater met in een halve cirkel omhooglopend banken, allemaal bezet, en daarvoor een podium waar muziek vandaan komt. Daarboven een scherm met film. Onder andere één over de S, waar je twee motorrijders elkaar tegen ziet komen bij de benzinepomp, en dan fantaseren ze dat ze een wedstrijd tegen elkaar doen, met bandenwarmers en meisjes-met-parasolletjes en al, en de wedstrijd gaat dwars door de stad. Erg moedig van het meestal zo politiek-correcte BMW, en leuk!
Helemaal aan de andere kant de GSsen, waar ik de gele weer even pas.
Mooie tafereeltjes: een meisje dat aan komt zeulen met een enorme gele topkoffer (zo'n Givi maxi-achtig ding), waarvan ze wil kijken of die achterop de GS past,
een jongen en meisje die samen de 1200GS passen, zij achterop, beide helemaal verliefd op elkaar en op de motor, en een BMW-medewerker die ik tegen e en vrouw op een F650GS hoor zeggen: "Nein, das ist dass niedrichste das wir haben" (of zoiets).
Ik heb nog gevraagd naar de 1200 zonder ABS, en die blijkt "ab Januar" te krijgen te zijn. Ik zou vast de enige zijn die 'm zonder ABS wilde hebben, vertelde de BMW-man, maar hij moest toegeven dat het ABS op slecht asfalt vervelend was, maar dan moest ik het daar maar uitschakelen vond hij.
Nee dus: ik bestel 'm ab januar!
Nog even daar rondgekeken bij Touratech (die hebben alweer een catalogus vol R1200GS),
bij een stand waar ze quad's bouwen met het 1100GS-blok,
bij een stand waar ze prachtige spullen hebben om de ouwe boxers te verfraaien, onder andere hele mooie leren koffertjes: Siebenrock en dan de "Leather saddle bag Classic" en de "Leather tail bag" onder de luggage & accessories), die ik zeker op de 1200 wil gaan proberen te zetten.
Wunderlich had al een prototype Touratech-achtig zadel voor de 1200 (Touratech nog niet), verder voornamelijk wonderlijke onzinnige spullen (liefst van carbon), en een handig tasje voor achteraan *onder* de bagagedrager en een tanktas die er handig uitzag.
Ze hadden een 1100 helemaal in Basic-stijl (erg leuk idee maar de echte Basic vind ik leuker), een 1150 die in Siberië was geweest, en allerlei gerevampte 1150's (die als zebra had wel wat).
Hier op de stands rond BMW is natuurlijk vrijwel elke stand voorzien van opgeleukte R1200GS.
We lopen nu binnendoor naar hal B6, waar Yamaha moet staan, en zien dan dat er bijna geen stand zonder R1200GS is. Iedereen heeft wel een uitlaat,
een tanktas, een titanium zijdekseltje of geel- of blauwegkleurde wielen voor 'm, en anders poseert ie wel voor would-be woestijnkleding.
Alleen al aan de show-GSsen voor de Intermot moet BMW goud verdiend hebben!
In B6 blijkt Yamaha juist helemaal aan de andere kant te staan, waardoor we ook bv Beta te zien krijgen (met niet alleen nieuwe trialmotoren, maar ook een sjoppertje), Benelli (met een erge mooie matzwarte en een gele; de gouden vind ik niks), /p>
KTM (met de super-Duke die erg lekker zit hoewel je niets in je spiegeltjes kunt zien) en een aantal helmenstands (Momo en Bell bv), met jethelm (helaas ook veel police-helmen), vaak met leer bekleed of van niet-glimmend spul. Mooi!
Ook een stand met de helmen van Groten: Agostini bv (heel mooi simpel in de Italiaanse kleuren)
en een aantal helmen van Rossi (eer de Chihuahua).
De stand van Yamaha opent aan onze kant met de Tricker. Eindelijk kan ik met twee voeten aan de grond!
De studies voor de Tricker (eigenlijk zo'n truc-fietsje maar dan gemotoriseerd) staan er ook. Lijkt me de perfecte motor om op te leren motorrijden, en ook nog eens ideaal in de drukte.
Prachtige designstudies voor scooterachtigen.
De XT's en WRren staan bij elkaar. De WR250 past me eigenlijk wel mooi, en heeft een knopje ;-)
Er staat een heftig bestickerde, dat heeft toch wel wat. Ernst is uiteraard meer in de WR450 geïnteresseerd. Ook quad's enzo van Yamaha.
Een rond toneeltje met drie ingangen voor iets waar erg veel mensen staan te dringen. De MT01!
Er staan er twee waarop je kunt zitten (wat een blok heb je dan tussen je benen!), en er is een ronddraaiend podiumpje waarop er twee staan, in een constructie waardoor ze langzaam de ene kant ophellen tot de voetsteuntjes de grond raken, en dan de andere kant.
Vooral de MT01 met Akropovic uitlaatsysteem ziet er afschuwelijk mooi uit, en Ernst is daar ter plekke verliefd geworden. Ooit koopt hij er één, dat lijkt me wel zeker ;-)
De R1 verbleekt bij het geweld van de MT01, ondanks dat een etalagepop met Rossi-pak (wat is Rossi ver verwijderd van zo'n etalagepopje: het doet in niets aan Rossi denken) 'm staat aan te prijzen.
Eten op het binnenterrein, alweer een perfecte logistieke organisatie waardoor je minimale wachttijd hebt.
Helaas krijg ik door een misverstand witte Münchener worstjes die ik niet lust zodat ik alleen een pretzel heb om te eten, maar de Apfelschörle smaakt prima.
We besluiten via de hallen terug te lopen, een beetje dwalend. Dan hebben we de helft gezien, dat is toch al heel wat.
Zo komen we Aprilia tegen, met een leuk crossertje en een totaal mislukte poging om de Pegaso tot woestijn-GS om te bouwen (ik geloof dat je de tent erbij krijgt),
Borile met behalve de nu bekende motor een Scrambler, helemaal handgemaakt, met suede zadel, twee hele dunne hoge uitlaatjes (waarvan één de *in*laat blijkt te zijn), gewoon helemaal prachtig, met meneer Borile erbij ("een kunstenaar", roept één van de aanwezige Italianen tegen ons; "nee, alleen maar een ambachtsman", antwoordt hij).
Borile heeft geen enkel bordje "niet op zitten", maar iedereen heeft automatisch zo'n eerbied voor die motoren dat niemand het doet.
De motor van Meoni komen we ook tegen, *wel* met bordje niet aanraken, dat ik pas ontdek nadat ik er tegenaan heb staan leunen om te laten zien hoe hoog hij is (ook een suede zadel trouwens).
En de stand van Ducati, met een aantal prachtige nagebouwde oude Ducati's, waaronder één in het geel; het is dat ik al een Bimota heb....
Veel vrouwen trouwens, die bij Ducati de motoren uitproberen.
Bimota staat er, met de DB5 en de Tesi (wat is dat toch een rare motor), en vrouwen in klederdracht (die zie je hier sowieso vaak lopen, in München zelf ook, en ook mannen in lederhosen).
We vragen er naar onderdelen voor de Mantra, en als we een lijstje opsturen kunnen ze kijken wat ze hebben en erbij zeggen hoeveel het kost. Ze hebben nog behoorlijk wat. Dat klinkt veelbelovend.
Bij de designstand, waar allerlei probeersels staan (waaronder weer hele mooie) bedenk ik dat het zo ver is gekomen dat vrouwen een niet te onderschatten doelgroep zijn geworden, en dat dat dus mede het beeld bepaalt van de motoren die te krijgen zijn. Ducati doet het duidelijk erg goed wat dat betreft.
Een leuk stukje met beroemdheden en hun motor, waaron Che Guevara (Norton), Sophia Loren (Vespa) en
Steve McQueen (een erge mooie Triumph Scrambler).
Een drinkje drinken bij het "Design-café", terwijl ondertussen vlak naast ons twee motoren in een steile wand rondrijden in de vorm van een bol die is opengewerkt zodat je kunt zien wat er gebeurt. Indrukwekkend.
We hebben bovendien uitzicht op een hele mooie echte custom motor.
Ernst is vergeten bij de technische service van BMW te vragen waarom de zwarte Adventure-wielen niet op de 1200GS kunnen (dat had hij aan de BMW-man bij de GSsen gevraagd), bedenkt hij.
"Dan lopen we toch via de A-hallen weer terug naar het begin, en dan door naar B3?" opper ik, overmoedig geworden door hoe ik het volhoud.
En zo komen we allerlei zijspannen tegen (uiteraard ook alweer voor de 1200GS),
hele mooie leren jassen van Jofama uit Zweden , waar een Zweed ons naar een Duitser verwijst voor verkoopadressen bij ons in de buurt.
Waar we wonen?
In de buurt van Maastricht.
Waar dan precies? Mheer?, dat kent hij, hij heeft een winkel vlak over de grens daar in Duitsland, en daar verkoopt hij het ;-)
Kawasaki, Suzuki, Honda, waar voor zover ik zie niets spectaculairs is, maar wat me wel op het idee brengt dat er ooit eens fotografen bij die verschillende merken gezet moeten worden om het publiek te fotograferen, en dan kijken of er verschil is.
Opvallend vond ik dat je bij Kawasaki veel mannen zag die hun vrouw op een supersport zetten en haar dan fotografeerden, terwijl bij Ducati vrouwen zelf een motor gingen passen en er zelf in geïnteresseerd waren.
Held , waar we een enorme katalogus krijgen, Arai, waar we van een Nederlander die blij is dat hij eindelijk even geen Duits hoeft te spreken te horen krijgen dat de gele MX3 ook in Nederland te krijgen moet zijn hoewel die misschien besteld moet worden, mini-motortjes van Blata, de stand van Motorrad met de resultaten van een langeduurtest van de V-Rod (was niet best na 50.000 km),
Triumph, dat zich meer en meer op de "oude" modellen lijkt te storten en terecht,
helmen met flower-power bloemetjes (er staan rijen om ze te passen), het begint me langzamerhand te duizelen.
Tenslotte komen we bij BMW. Zoals Ernst al dacht zou het technisch prima mogelijk zijn de zwarte wielen geschikt te maken voor de 1200, maar wordt het gewoon niet gedaan (we moeten maar een oproep op internet doen: als er genoeg gezeurd wordt komt het vanzelf).
We zien de show nu ook: dansers, in BMW-pakken, die swingen op "motor"-muziek, waarbij ze af en toe de twee motoren op het podium betrekken. Wat moet dat een ramp zijn, in van die pakken, eentje heeft zelfs een Goretex-voering aan!
Teruglopend naar de ingang stuiten we nog op de stand van Derbi , waar een *moderne* scrambler staat, de Mulhacen 659, op basis van het XT660-blok, een echt heel erg mooie motor.
Echt aan alle kanten mooi; ik zou de Mantra er zo voor inruilen ;-) Een soort sportmotor met hoge uitlaat, op noppenbanden.
Tenslotte komen we bij de stand van Tourenfahrer waar we ons abonneren en een tas vol spullen krijgen.
Welk kadootje willen we, een buff of een video van Andalusie? "Een buff", zeg ik, en tegelijkertijd zegt Ernst "de video".
Nadat ik hem er aan heb helpen herinneren dat we geen videorecorder hebben wordt het een buff, en de vrouw van de stand stopt me er een paar toe (snel in je tas stoppen, voor de baas het ziet, fluistert ze me toe).
Ze is helemaal op: er wordt bij het leven gejat hier op Intermot, en daar heeft ze ongelofelijk zat van.
Tourenfahrer heeft hier op een groot terrein alle reismotoren bij elkaar gezet. Het wordt alweer afgebroken, maar het is echt ideaal voor iedereen die aan het twijfelen is: het perfecte overzicht, en allemaal voorzien van koffers zodat je goed alles kunt vergelijken.
En dan is toch echt het einde aangebroken, en net zo gemakkelijk als we binnenkwamen komen we er weer uit.
Het mooiste pak zien we bij de garderobe.
Op de terugweg (Bad Tölz ligt een kleine 60 km van München) enorme file aan de overkant: iedereen lijkt van het weekend naar de Duitse Alpen te zijn geweest); wij hebben vrij spel.
Negen van de tien motoren die je hier tegenkomt is een BMW trouwens.
's Avonds verkennen we Bad Tölz maar dat bewaar ik voor morgen, anders heb ik dan niks meer te vertellen.
We eten bij een Italiaans restaurant, buiten, bediend door een hoogzwangere Italiaanse die tussendoor gezellig Italiaans zit te kletsen aan een tafeltje, heerlijk eten met grote pullen bier erbij.
Das leben ist gut!