Largentière - Corniche des Cevennes - Largentière
De dag begint met koppijn, en zo breng ik de dag achterop bij Ernst door.
De tocht gaat hoog over de Cevennen: heerlijk rijden.
We besluiten de dag in de pizzeria van Largentière.
Dit reisverhaal begint met dag 1.
Donderdag 24-5-2001
Ik wist het eigenlijk al gisternacht, na de prachtige gesprekken bij het kampvuur: migraine :-(
Een schele hoofdpijn, met misselijkheid en al, waar ik dagen ziek van kan zijn, maar gelukkig heb ik sinds een poosje mijn wondermiddel ontdekt. Een superzware pijnstiller die na een paar uurtjes werkt, en waar niet alleen de migraine van overgaat, maar waar ik ook de rest van de dag in een soort van niet-onaangename lome bijna-duizelige staat van geraak.
Niet onprettig eigenlijk, maar behalve een beetje hangen ben ik tot weinig anders in staat. Geen motorrijdag dus voor mij.
***Red. Niet zijken maar rijden, achterop met die zak hollandse aardappelen...
Achterop gaat natuurlijk wel, en zo vertrekken Roland, Marko, Steven, Aad, Ernst en ik voor de 300 kilometertocht. Heel eerlijk gezegd is het wel een lekker gevoel om achter op de R3B te zitten. De Roadrunner doet erg moeilijk, al vanaf het moment dat we vertrokken: hij houdt in tussen de 2500 en 3000 toeren, dat voelt erg klote als je daar terecht komt in een bochtje, want je trekkracht valt helemaal weg. Ik moet dus voortdurend mijn best doen boven de 3000 toeren te blijven (dit klinkt belachelijk voor CB1-rijders, dat ik daar moeite voor moet doen ;-), en voor GS-begrippen absurd veel schakelen. En juist dat gebied tussen de 2- en de 3000 toeren vind ik zo lekker in de bergen, omdat hij niet zenuwachtig reageert maar wel lekker trekt.
***Red. Dat is echt het voordeel van een dikke tweepitter, dat je zo onwijs lekker smeuiig vermogen en koppel hebt in dat gebied, en zonder te schakelen om het even welke bocht door kunt.
Heerlijk dus om achterop de R3B weer te voelen hoe lekker een GS ook alweer rijdt als hij zich wel lekker voelt. De tocht begint met te laten zien hoe het vandaag zal worden: lange zwiepers van bochten, echte scheurbochten, de één na de ander.
Ik ben geen echte achteropzitter, en kijk aan één stuk door mee, en hang ver de binnenbocht in, zodat Ernst eigenlijk nauwelijks hoeft te sturen, en de R3B het extra lekker heeft in de bochtjes.
***Red. Eigenlijk kunnen we die andere GSsen beter verpatsen, want dit scheurt veel lekkerder ;-)
Na niet al te lange tijd spotten we een restaurantje met terras buiten, en aangezien we laat zijn vertrokken is het eigenlijk alweer zo'n beetje tijd om te eten.
Daar blijkt niet helemaal iedereen hetzelfde over te denken: Roland krijgt het op z'n heupen van dat nl.motorfietsiaanse getreuzel, en wil rijden. Hij besluit hier alleen wat te drinken, en er daarna in zijn eentje vandoor te gaan. Wij achterblijvers hebben nog minstens één route, dus dat is geen probleem.
***Red. Ik heb nog mijn best gedaan om hem weer bij te halen, maar ja hij reed al weer 3 dagen motor...
Mijn hoofdpijn is nu echt over, en de wooziness is niet vervelend achterop. En ook niet op zo'n Frans terrasje, onder het genot van een menu du jour, waarbij ik ook nog eens de fromage van Ernst mag eten.
En zo rijden we met z'n vieren (vijf mensen, maar vier motoren, bedoel ik). Het gaat onwaarschijnlijk lekker.
De meeste wegen zijn scheurwegen, en je voelt al snel aan hoe de anderen rijden. In dit geval, met Marko, Steven en Aad, was het zo dat je al heel snel wist dat iedereen op alle anderen lette, *en* goed op zichzelf kon passen. Je hoefde niet bang te zijn iemand mee te sleuren die dat niet aan kon.
Inhaalacties verliepen perfect: iedereen keek voor zichzelf of het ging in plaats van blind achter zijn voorganger aan te scheuren. Het tempo was heerlijk.
Ik weet hoe zeldzaam het is om met een groepje van deze omvang dat gevoel te hebben! En ik genoot er, ook achterop, elke seconde van.
Een groot gedeelte van de tocht ging over een lange zwieperweg over de kammen van de Cevennen heen, de Corniche des Cevennes. Je had dus uitzicht naar beide kanten, reed hoog in het landschap. Vrijwel bij het begin van die weg begon het te regenen, en toen was daar een klein gebouwtje van de brandweer, waar we gingen schuilen. Aad was zo lief me zijn regenbroek te lenen, tegen de kou (paste perfect ;-).
Toen we daar een beetje naar de wolken stonden te staren, af te wachten tot de ergste regen over was, kwam er een Fransman bij ons staan.
Hij bekeek de motoren, en begon te vertellen dat hij gepensioneerd was (hij kwam uit Nimes geloof ik, van vlak bij de arena), en dat dit een perfect gebied was om een huisje te kopen als je met pensioen bent. Zijn kleinzoon was kampioen crossen, en hij was erg te spreken over het feit dat er een Yamaha bij stond in de vorm van de R1.
De R3B was niet best onderhouden vond hij, die kon wel een poetsbeurt gebruiken, maar de Yamaha was prachtig.
***Red... En dan had je het oude baasje zelf moeten zien, een trui uit zijn hoogtijdagen van 40 jaar geleden, en al zijn tenen hadden zich stuk voor stuk een gaatje naar de buitenwereld geknaagd in zijn Toffels...
Hij gaf adressen van mensen in de buurt die huisjes verhuren, en heeft ook heel uitgebreid een paar routebeschrijvingen gegeven om terug naar Largentiere te rijden (die vrijwel overeenkwamen met de route die Roland had bedacht). Hij maakte het gebaar van door de bochten zwieren om aan te geven dat hij zijn route daarop had geoptimaliseerd.
Het viel me trouwens op dat hij "Ruoms" met s en al uitsprak.
Aan het einde van de weg hoog over de Cevennen was er een afdaling in superAzrifalt, waarbij Steven ons voorbijracet. Eindelijk kunnen we de R1 echt in actie zien, op een weg die gemaakt is voor hem. Hij duikt de bochten in, en ik verwacht hem helemaal onderaan terug te zien, liggend in het gras of zo, genietend van de zon tot wij er eindelijk zijn, maar drie bochten verder staat hij foto's te maken ;-)
***Red... Die helaas door een paar klungelige sjoppers in de war gestuurd worden zodat ik rustig die bocht nam, en er dus niks van hellingshoekfotografie overbleef, jammer jammer jammer...
Op de één of andere manier zijn we helemaal doorgereden tot Anduze , via een hele drukke weg langs de Gard. Terug gaan we via de overkant, vreemd genoeg een nog mooier weggetje, maar dan helemaal zonder verkeer, nou ja, vrijwel zonder. We nemen een weggetje binnendoor om weer bij de route uit te komen, en dit is zo'n prachtig supersmal weggetje, wat een hele mooie afwisseling is voor de scheurwegen van de rest van de route.
***Red... Ja, duhuh, jij wou gewoon door naar Anduze omdat je daar ooit zo'n leuke vakantie had gehad, waardoor ik heel niet zag dat Marko ons een andere kant op wilde hebben, maar het was een leuke afwisseling om weer eens in zo'n godvergeten touristentrekpleister terecht te komen, om te beseffen dat we de rest van de tijd zo heerlijk door konden rijden, ja zo effe trutten tussen de touristen doet je beseffen dat gewoon doordeweek ergens rondplokken wel heel erg heerlijk is.
Er is zo langzamerhand een mooie werkverdeling ontstaan: Ernst rijdt voorop, en Marko houdt de route goed bij, en wijst bij elke kruising of afslag hoe we verder moeten. Werkt perfect, we schieten enorm op, wat ook wel mag, want driehonderd kilometer is een behoorlijk eind als je zo laat vertrekt als wij hebben gedaan, en ook nog eens uitgebreid Frans hebt gegeten ;-)
Af en toe moeten er plaspauzes gehouden worden voor de heren. Blijf ik altijd verbaasd over staan, hoe vaak die moeten zeiken ;-) Ik train mijn blaas gewoon, dat die niet zeurt zolang het niet uitkomt, is veel handiger ;-)
Bij aankomst in Largentière is er minder leuk nieuws: Roland is zijn papieren kwijt, die in zijn tanktas horen te zitten. Ernst oppert nog of hij even in die tanktas moet zoeken, maar Thomas en Roland hebben hem helemaal uitgespit. Ik had natuurlijk even moeten zoeken, want als het maar om spullen van anderen gaat vind ik alles.
(Weken later vindt zijn vrouw de papieren, in de tanktas...)
Aad biedt de diensten aan van mevrouw Alwob, die vanuit Nederland adressen van restaurants en tankstations probeert uit te zoeken. Wat er allemaal op deze manier achterhaald kan worden heeft, voor zover er mensen aanwezig waren, niets gevonden blijkt. Er zit niks anders op dan morgen aangifte van verlies te doen, meldt de ANWB. Shit :-(
De rest zit te eten in de pizzeria, blijkt. Marko verlangt naar een wondermaaltijd uit een pakje, op eigen brandertje gemaakt, en dan vroeg naar bed. Roland en Aad blijven nog even navraag naar papieren doen, en Steven, Ernst en ik lopen alvast naar de pizzeria.
Daar zitten, tussen de rest van de rest, Ukkie en Daniëlle, die vandaag op hun leen-GS zijn aangekomen.
De lucht betrekt, en de pizzeria-esse weet zeker dat het gaat regenen, en als de locals dat zeggen is het zo! We worden met z'n allen aan een grote ronde tafel binnen gezet, en horen de diverse verhalen aan. Ukkie en Daniëlle zijn via de Peage gekomen!!! Omdat de rijstijl van de Fransen ze niet beviel!!! Ze waren zeker steeds zo verbaasd van die auto's die plaats voor ze maakten dat ze even zonder van de ene verbazing in de andere te vallen over de snelweg het gevoel terug wilden krijgen gewoon in Nederland te rijden ;-)
***Red... Het word wel een beetje een erg geregeldburgermannetje, elders las ik ook al dat hij snakte naar *rechte* wegen ?
Even later schuiven Roland en Aad ook aan, en genieten we met z'n allen van het eten en de wijn, en wanneer we weer naar boven klauteren in het donker (lopend hoef je niet via de haarspeldbochten, maar kunt rechtdoor steken over een straatje dat het midden houdt tussen een trap en een beekbedding) is de lucht alweer helder.
Aan het kampvuur zitten duurt deze keer iets korter dan gisteren, maar we gaan met dat heerlijke kampvuur-gevoel slapen.
***Red... Ja dat jullie nou zo vroeg uitgeteld zijn, ik heb nog heerlijk zitten stoken, alles was weg de volgende morgen, het was goed hout, jammer dat de boom moest wijken voor ons kampeergerief ;-(