De ik-figuur van beide boeken, Don Tilman, is professor in de genetica, en heeft overduidelijk een vorm van autisme. Hij beseft dat zelf niet. Je ziet de wereld volledig door zijn ogen, en dat geeft een verhelderende blik op zijn vorm van autisme.
Als lezer begrijp je wat er mis gaat in z’n communicatie; zelf merkt hij dat af en toe. Hij wordt er altijd volledig door verrast, en weet, doordat het toch wel behoorlijk geregeld voorkomt, dat hij sociaal niet bijster handig is. (meer…)